EPC NR-certificering in Vlaanderen vanaf 2025 verplicht voor grote panden: wat eigenaars moeten weten
- Lundrim Meshi
- 5 jul
- 4 minuten om te lezen
Een belangrijke stap voor de energie-efficiëntie van niet-residentieel vastgoed
De Vlaamse overheid zet sterk in op klimaatneutraliteit door steeds strengere regels op te leggen om de energieprestaties van gebouwen te verbeteren. Na eerdere maatregelen voor woongebouwen, is het nu de beurt aan het niet-residentieel vastgoed zoals kantoren, winkels, logistieke sites en hotels.
Vanaf 1 januari 2025 wordt de EPC NR-certificering (Energieprestatiecertificaat voor Niet-Residentiële Gebouwen) verplicht voor alle grote eenheden met een bruikbare vloeroppervlakte van 1.000 m² of meer. Deze geleidelijke maar duidelijke omschakeling betekent dat veel eigenaars opnieuw naar de energieprestatie van hun vastgoed moeten kijken.
Waarom wordt het EPC NR ingevoerd ?
Het doel van het EPC NR is tweeledig:
Eigenaars, investeerders, kopers en huurders informeren over de energieprestatie van het gebouw dat zij gebruiken of kopen.
Stimuleren tot renovaties om het energieverbruik en de CO₂-uitstoot te verminderen, volledig in lijn met de Vlaamse en Europese klimaatdoelstellingen.
Concreet kent het EPC NR een energielabel toe aan het gebouw, dat samenvat hoe energiezuinig het is. Zo wordt de markt op termijn richting beter geïsoleerde en efficiënter uitgeruste gebouwen gestuurd.
Belangrijke deadlines in Vlaanderen
Sinds 2023
Het EPC NR is reeds verplicht bij:
de verkoop van niet-residentiële eenheden, inclusief overdracht van rechten zoals opstal of erfpacht,
en bij het sluiten van nieuwe huurovereenkomsten.
Zo krijgen nieuwe eigenaars of huurders meteen inzicht in de energieprestatie.
Vanaf 1 januari 2025
Alle niet-residentiële eenheden met een bruikbare vloeroppervlakte van minstens 1.000 m² moeten dan over een geldig EPC NR-certificaat beschikken, ook zonder verkoop of nieuwe verhuring. Dit is een cruciaal moment, want het legt een algemene verplichting op voor grote panden.
Vanaf 1 januari 2026
Een jaar later breidt de verplichting uit naar kleinere niet-residentiële gebouwen, dus die met een oppervlakte onder 1.000 m². Zo wordt geleidelijk het volledige niet-residentieel vastgoed gedekt.
Vanaf 2028 en 2030
Vanaf 2028 moeten grote publieke gebouwen (overheidsinstellingen, collectieve infrastructuur) niet alleen over een EPC NR beschikken, maar ook een minimaal energielabel “E” behalen. Sinds 2024 geldt trouwens al dat ze een EPC NR moeten hebben, ter vervanging van het oude EPC Publiek.
Vanaf 1 januari 2030 moeten alle niet-residentiële gebouwen, ongeacht hun grootte, minstens het label “E” halen. Een certificaat op zich zal dan niet meer volstaan; de eigenaar moet effectief kunnen aantonen dat het gebouw voldoende presteert.
Wat betekent dit voor eigenaars en investeerders ?
Deze evoluties markeren een belangrijk keerpunt voor de Vlaamse vastgoedmarkt. Ze bieden kansen, maar brengen ook de nodige uitdagingen mee.
Veel gebouwen zullen moeten worden gerenoveerd om een aanvaardbaar energielabel te behalen: dak- en gevelisolatie, efficiëntere HVAC-installaties, overstappen op LED-verlichting of het plaatsen van zonnepanelen zijn vaak noodzakelijk.
Eigenaars die tijdig anticiperen kunnen investeringen spreiden, hun kosten beter beheersen en een race tegen de klok in 2029 vermijden. Voor investeerders kan een slecht energielabel toekomstige huurders afschrikken of de verkoopwaarde drukken. Een goed presterend gebouw daarentegen is een sterk commercieel argument en draagt bij aan de waarde op lange termijn.
Praktische aanbevelingen om zich voor te bereiden
Om conform en concurrerend te blijven, doen eigenaars en beheerders er goed aan om:
een grondige energie-audit uit te voeren om de grootste verbruikers en prioriteiten in kaart te brengen;
een meerjarenplan voor renovatie op te stellen, afgestemd op het beschikbare budget en technische mogelijkheden;
na te gaan welke premies en steunmaatregelen in Vlaanderen beschikbaar zijn, die de investering aanzienlijk kunnen verlichten (bijvoorbeeld via Fluvius of het EBP voor niet-residentieel vastgoed);
huurders en gebruikers bewust te maken, want een deel van de energiebesparing hangt ook af van hun dagelijks gedrag (verwarming, verlichting, ventilatie).
Samengevat
Het EPC NR is een belangrijk instrument om het niet-residentiële gebouwenpark af te stemmen op de klimaatdoelstellingen. Vanaf 2025 zijn grote panden van meer dan 1.000 m² in Vlaanderen verplicht om zo’n certificaat te hebben. Daarna volgt een gefaseerde uitbreiding naar het hele segment.
Vanaf 2030 wordt een minimaal energielabel “E” verplicht voor alle niet-residentiële gebouwen. Wie zich nu voorbereidt, kan de waarde van zijn pand behouden, kosten beheersen en actief bijdragen aan de noodzakelijke energietransitie.
FAQ over het EPC NR in Vlaanderen
Wat is het EPC NR in Vlaanderen ?
Het EPC NR (Energieprestatiecertificaat Niet-Residentiële Gebouwen) beoordeelt hoe energiezuinig niet-residentiële gebouwen in Vlaanderen zijn. Het informeert eigenaars, investeerders en huurders en stimuleert hen om renovaties uit te voeren om verbruik en uitstoot te verminderen.
Vanaf wanneer is het EPC NR verplicht voor grote panden ?
Vanaf 1 januari 2025 moeten alle niet-residentiële gebouwen in Vlaanderen met een bruikbare vloeroppervlakte van 1.000 m² of meer een geldig EPC NR-certificaat hebben.
Wat zijn de volgende deadlines voor kleinere gebouwen ?
Vanaf 1 januari 2026 geldt de verplichting ook voor niet-residentiële gebouwen onder 1.000 m². Vanaf 2030 moeten al deze gebouwen bovendien minstens energielabel “E” behalen.
Wat zijn de risico’s bij niet-naleving ?
Naast mogelijke administratieve sancties kan een gebouw zonder certificaat of met een te laag label aan waarde verliezen of potentiële kopers en huurders afschrikken die belang hechten aan energie-efficiëntie.
Hoe kunnen eigenaars zich voorbereiden?
Ze kunnen een energie-audit uitvoeren om prioriteiten te bepalen, een renovatieplan opstellen, gebruikmaken van Vlaamse premies en hun huurders betrekken om energieverbruik en prestaties te verbeteren.
